In Indonesië zijn de Nationale Kampioenschappen Roeien eens per 4 jaar. Maar als de Indonesiërs het doen, doen ze het ook goed. Eén gelukkige provincie neemt de organisatie op zich en organiseert het Indonesisch Kampioenschap. In het geval van Indonesië echter niet alleen voor het roeien, maar voor elke denkbare sport die in Indonesië wordt beoefend. En dat zijn er een hoop: 43 sporten waaronder klassiekers als voetbal, basketbal, badminton en roeien, maar ook pareltjes als wushu – een soort Aziatische dans met wapens – en sepak takraw. Gedurende twee weken strijden 12.000 sporters op het NK om de medailles. De gelijkenis met de Olympische Spelen komt niet helemaal uit de lucht vallen. De geschiedenis van het NK – de PON (Pekan Olahraga National) – kent zijn oorsprong in de uitsluiting van deelname aan de Olympische Spelen van 1948 – iets met het uitroepen van de onafhankelijkheid –. ‘Dan doen we het zelf wel’ moeten de Indonesiërs gedacht hebben (een gedachte die in die tijd duidelijk in de mode was hier).
Een 4-jaarlijks NK
Een NK per 4 jaar is zo gek nog niet. Dan doe je toch net iets meer moeite dan de clown en het hoempapabandje dat menig Nederlandse wedstrijd opleukt. En omdat alle sporten tegelijkertijd hun NK hebben, verslaan TV en pers volop. Van openingsceremonie tot de halve finales van Pencak Silat. Alle sporters en voldoende materieel uit heel Indonesië naar een plek laten komen is een hele toer, maar eens in de 4 jaar lukt het. Van Papua tot Atjeh. Van Kalimantan tot Bali. Als je fanatiek sport, ben je op de PON. Winnen op de PON is ook echt wat waard sportief gezien, maar vooral ook financieel gezien, met bonussen van in de tienduizenden euro’s. Tijdens de PON blijkt ook ineens dat de (rijke) provincies echt wel weten waar Abraham de mosterd haalt. Vleugel-wing Empachers – geen flauw idee hoe ze eraan komen – maar op de PON liggen ze er, spiksplinternieuw. Overigens niet te gebruiken door het nationaal team…
PON XVIII
De afgelopen PON XVIII was in Riau, Sumatra. Helaas was daar (nog) geen roeibaan. Geen probleem dacht de organisatie, hoe moeilijk kan dat zijn om te maken, een roeibaan? Iets meer dan 2000 meter, 8 banen; gat graven, water er in, tribune, finishtoren. Ik ben in mijn coachende leven op veel roeibanen geweest, maar dit was zeker weten een van de mooiste. Midden tussen de sawa’s lag een 2200 meter 8-baans roei-arena te wachten op de roeiers, kanoërs en dragonboatracers. In 6 maanden tijd uit de grond gestampt. Ok, er waren een aantal dingen net niet helemaal gelukt, maar een kniesoor die daar op let…
Finishtoren
Ik heb alle races kunnen zien vanuit de finishtoren. Heerlijk uitzicht, goede airco, alles spiksplinternieuw. En lekker rustig ook. Het plaatselijke time-team zat namelijk 100 meter verderop bij de daadwerkelijke finish. Klein communicatieprobleempje tussen de architecten van de baan en de architecten van de tribune en de finishtoren. Wie houdt er nu ook rekening met zoiets onbenulligs als de lengte van een roeibaan..?
Vlotten
Drijvende vlotten zijn DE uitkomst voor toernooien zoals dit. Makkelijk in gebruik en weer te verplaatsen na afloop van de wedstrijd. Behalve als je vergeet om de vlotten te vullen met water, dan drijven ze 1,5 meter boven de watergrens. Stap dan maar eens in en uit je bootje. Het duurde precies een week voordat de persoon was gevonden die de vlotten kon vullen; net na de finales van het roeien.
Diepte
Wist je dat als je de helft van de banen twee keer zo diep maakt als de andere banen, je hele vreemde stromingen krijgt? Indonesiërs zijn geen helden in afwerking, en met een beetje water eroverheen zie je het verschil ook amper.
Warmte
De gemiddelde temperatuur in Sumatra in september is ongeveer 40 graden, met een luchtvochtigheid van knijp-je-shirt-uit. Doet wel wonderen voor de weerstand van het water, een soort hooglandbaan van het schaatsen.
Hergebruik
Het aanleggen van een nieuwe roeibaan en nieuwe stadions voor de PON is een goede gewoonte en een kwestie van eer bij de provinciebazen. De volgende PON is PON nr. 19. Dat betekent dat er in heel Indonesië ondertussen zo’n 10 eenmalig gebruikte wedstrijdbanen (de PON is meerdere keren in Jakarta georganiseerd) liggen te wachten op een nieuwe functie. Tot die tijd voldoen de meeste als biotoop voor de groei van waterplanten. En niet alleen voor het NK, ook voor de door Indonesië georganiseerde SEA-games van 2011 is een nieuwe baan gegraven. Voor verhalen over de aanleg van deze baan, lees de ervaringen van Diederik de Boorder. Deze baan ligt ongeveer 50 km af van Bandung, de hoofdstad van de organiserende provincie van de volgende PON. Maar laat dit gegeven de organisatie zeker niet verleiden om iets anders te doen dan gebruikelijk: Yes!, er komt een nieuwe roeibaan. Er zijn plannen om hiervoor mijn paradijselijke roeimeer in de bergen, ongeveer 30 km van Bandung, te gebruiken. Dit stuwmeer heeft de vorm van een L, hak het stuk land weg in het midden en je kunt er precies een 2000 meter baan in leggen. Ik ben erg benieuwd. Ik heb al voorzichtig gemeld dat in het droogseizoen het meer ook zomaar 500 meter korter kan zijn en dat de ligging op 1400 meter hoogte interessante effecten zal hebben op de roeiers uit provincies die pas op het laatste moment afreizen voor de wedstrijd.
Harkstede
Aan de andere kant zou ik niet veel mooiere plekken ter wereld weten voor een goede pot roeien. En laten we eerlijk zijn; er zit – als je de juiste mensen kent – zo een stop op een stuwmeer in Indonesië. Nu ik erover nadenk zie ik het helemaal voor me. Na de PON kunnen buitenlandse equipes dan hier komen trainen, wel zo gezellig. Hoogtestage schijnt tegenwoordig ‘in’ te zijn en Sevilla wat vol. Ik bied helaas niet de trompetterende olifanten bij de start die Tilburg biedt. Maar met het sluiten van de baan in Harkstede biedt mijn roeibaan aan nieuwe generaties wel de roeien-aan-het-eind-van-de-wereld-beleving. Daarnaast heb je natuurlijk nooit echt geroeid als je nooit hebt geroeid onder de bezielende mantra’s van een schallende moskee, terwijl je bij het rondmaken een banaantje uit de boom plukt voor de terugweg. Ik zet de nasi alvast op het vuur en de Bintang koud. Laat maar weten.
Inge Janssen op trainingskamp in Indonesië in 2013: