Dit weekeinde vindt op de Amstel de Heineken Roeivierkamp plaats, met stip de meest spectaculaire roeiwedstrijd van het jaar. Eén van de bijzonderheden zijn de Razende Reporters, die het evenement jaarlijks van spitsvondig commentaar voorzien. Toprow sprak met de meest ervaren van het stel, Coen Eggenkamp.
Wat is nu precies de charme van de ‘Heineken’?
“Het meest bijzondere is dat het anders dan elke andere reguliere nationale roeiwedstrijd is. Daar zie je op een saaie, rechte tweekilometerbaan de ene race na de andere in ganzenpas voorbij komen. Hier gebeurt eigenlijk elk moment wel wat. Zo heeft elke afstand weer wat anders. Bij de sprint op het lastige water voor Nereus verliezen onervaren roeiers nog wel een riem. Op de langste afstand, de 5000 meter, starten de snelste ploegen als laatste. Los van het lastige parcours en de vele stuurfouten die worden gemaakt, zorgt dat voor veel spektakel. Er moet immers ook veel worden ingehaald. Bij bruggen komen vaak genoeg teveel ploegen voor te weinig gaten. Dat gaat natuurlijk fout.”
Sinds hoe lang becommentariëren jullie de wedstrijden al?
“Voor zover ik weet waren de eerste reporters al bij de eerste editie in 1973. Toen waren we nog enkel op het clubhuis van het organiserende Nereus te horen. Na verloop van tijd werd het professioneler en hadden we voor één weekeinde een radiofrequentie. Nu zijn we al een aantal jaren ook via internet te beluisteren. Uiteindelijk hebben we met pijn in ons hart twee jaar terug afscheid genomen van de echte radio. Het werd te duur en vrijwel iedereen luisterde via internet.”
Hoe zijn jullie zo befaamd geworden?
“Ik weet nog van mijn eigen roeitijd dat je echt zoveel mogelijk van commentaar mee wilde pakken. Je moet ook het geluk hebben met de mensen met wie je het doet. Doordat er wel doorstroom inzit, lukt het op een of andere manier altijd wel het niveau sterk te houden. Ondanks dat ik me soms ook wel eens afvraag of dat nog wel lukt. Het leukste is als je wat verschillende types hebt. Dus een mix tussen kenners van roeien en grapjassen, maar ook in karakters. In de auto die altijd meerijdt, vind ik het bijvoorbeeld altijd fijn iemand te hebben met iets meer afstand. Op het balkon wil je liefst meer snelle grappen hebben.”
Bereiden jullie je goed voor?
“Nee, eigenlijk totaal niet, al loop ik zelf altijd wel even in de inschrijvingen door. Mensen verbazen zich daar soms ook wel over, maar geen enkele grap of conversatie is ingestudeerd. Daarvoor zijn we ook te chaotisch haha. We zien elkaar ook vaak pas zaterdagochtend voor het eerst. Behalve dan de jongens van de techniek. Hulde overigens voor hen, want voor hen zit er veel meer werk in en niemand ziet hen, want ze zitten binnen in een buco om onder andere te schakelen tussen auto en balkon. Een verschrikkelijke klus met zoveel haantjes die continu roepen dat ze meer ‘air-time’ willen hebben. Veel mensen hebben niet door hoeveel werk hier inzit.”
De kritiek is soms dat jullie vooral veel afzeiken?
“Dat is inderdaad altijd een punt van zorg. Het meest makkelijke is het roeien wat je voor je ziet af te kraken. Echter het is ook vaak wat de mensen het liefste willen horen. We spreken elkaar er ook geregeld op aan als een blok te negatief is geweest. De andere kant is dat we onszelf ook bepaald niet sparen. Het kan er onderling hard aan toe gaan, zelf krijg ik bijvoorbeeld altijd grappen over mijn leeftijd en mijn jonge vriendin. Moet kunnen.”
Zijn jullie eigenlijk non-stop dronken?
“Haha die vraag krijgen we vaker. Maar nee bepaald niet. Sommigen zijn richting het einde van de dag wel flink aangeschoten, maar zelf drink ik vaak pas in de laatste blokken, anders houd ik zo’n heel weekend simpelweg niet vol. Maar het klopt wel dat je grappen soms beter worden als je meer gedronken hebt. Slechter kan ook.”
Waarom zijn jullie niet ook bij andere wedstrijden te horen?
“Vooral omdat deze wedstrijd zich perfect leent voor leuk commentaar. Sommigen van ons doen het wel, maar als groep doen we het niet. We zijn ook vrijwel allemaal van Nereus en we vinden het ook wel mooi het daar enkel voor te gebruiken. Dan blijft het uniek. We moeten onszelf ook niet te serieus nemen, daar wordt het commentaar ook niet beter van.”
De Razende Reporters zijn het hele weekend te horen via onderstaande link: