In Aan de haal met… stel ik elke maand iemand uit de roeiwereld aan jullie voor, bekend en minder bekend. In een gesprek over verleden, heden en toekomst komen interessante dilemma’s en grote levensvragen ter sprake. Deze maand: Henk Schaap.

Henk Schaap is zo fit als een verse veteraan, maar geniet al een aantal jaar van zijn pensioen. Hij traint drie keer per week intensief en is altijd druk in de weer. Voor het repareren van boten en het begeleiden van indoortrainingen draait hij zijn hand niet om. Waarom hij nog steeds zo fanatiek roeit? “Je moet voorkomen dat je krakkemikkig wordt Emma!”

“In 1965 won ik de JeugdHenley, in een combinatie 8”

13 jaar was Henk toen hij begon met roeien. Zijn jaren als jeugd- en wedstrijdroeier sleet hij bij de Amstel. Niet onverdienstelijk; tijdens de JeugdHenley bemachtigde hij zijn eerste blik in een combinatie 8 met de Amstel, de Hoop en Willem 3. Deelname aan internationale wedstrijden en vele blikken volgden. “De teller staat inmiddels op 178, veel roeiers willen een blik op mijn blikken werpen haha!” Tussendoor zat hij in dienst en volgde hij twee opleidingen: de opleiding tot sportinstructeur aan het CIOS en fysiotherapie. “Bij de Amstel heb ik een damesploeg gecoacht, best goed ging dat.” Vanaf zijn 23e coachte hij dertien jaar lang bij Okeanos, waar hij benoemd is tot erelid. “Ik gaf krachttraining en verzorgde zowel in- als outdoor trainingen voor vrijwel alle ploegen.”

“Roeien kan geen carrière worden, zeiden mijn ouders”

Hoewel mijn gesprekspartner een bewezen goede coach is, vraag ik me af waarom hij al zo vroeg de keuze maakte voor coachen in plaats van roeien. “Mijn ouders leek een carrière als roeier voor mij geen goed idee. Ik vond coachen ook leuker en deed daarnaast nog fysiotherapie. Ik kon geen drie dingen tegelijk en moest geld verdienen, toen was de keuze snel gemaakt.” De keuze voor coachen en fysiotherapie bleek de juiste: een jaar nadat hij stopte met coachen bij Okeanos begon Henk in 1984 als vaste fysiotherapeut bij de Roeibond. “Ik ben met de ploeg mee geweest naar Seoul en Barcelona, dat had ik niet willen missen!”

“Roeien is goed voor je lichaam, van je kruin tot aan je grote teen!”

De roeistop was niet definitief, 178 blikken in een aantal jaar roeien leken mij er al wat veel. In 1980 pakte Henk het roeien weer op. “De meeste blikken heb ik verzameld in het veteranen roeien. Eerst bij Okeanos en later met een groep bij RIC.” Daar roeit hij nu nog steeds en ik ben diep onder de indruk van zijn tomeloze inzet. Wat drijft hem om zo fanatiek te blijven trainen? “Ik wil niet krakkemikkig worden. Roeien is goed voor je lichaam, van je kruin tot aan je grote teen!”

Henk wordt naar eigen zeggen helemaal gek als hij niets doet. Naast zijn trainingen is hij daarom ook vaak bezig met het botenonderhoud bij RIC. “Het repareren van boten is een hobby die is ontstaan tijdens mijn jeugd. Bij de Amstel heb ik van Arie Adams (de bootsman, red.) al het nodige geleerd. Dát is nou iets waar je me ‘s nachts voor wakker mag maken: boten repareren!” Dat Henk het repareren als een hobby omschrijft schiet bij een verenigingsgenoot in het verkeerde keelgat: “Dat is te bescheiden hoor, Henk is de overtreffende trap van handig!”

“Mensen moeten zich realiseren dat fit blijven heel belangrijk is”

Schaap is een boegbeeld voor het veteranen roeien en lijkt de missie te hebben meer ‘ouderen’ (recreatief) aan het roeien te krijgen. “Roeien is de veiligste en gezelligste manier om fit te blijven. Je traint in een groep en de kans op blessures is vrij klein. Het is geen contactsport zoals voetbal, hockey en basketbal. Behalve het sociale contact natuurlijk!” Behalve fit blijven heb je nog zoveel meer aan roeien, meent Henk. “Mentaal bijvoorbeeld. Roeiers leren doorzetten, zijn gedisciplineerd en kunnen heel goed hun (pijn)grenzen verleggen. Daar heb je de rest van je leven wat aan.” Roeien is ook een goede sport ter stimulatie van spierontwikkeling en het activeren van het neuromusculaire systeem bij patiënten met hemiplegie (halfzijdige verlamming) en diplegie (verlamming van twee dezelfde lichaamsdelen). “Ik was een van de eersten die begon met roeien voor gehandicapten. Daarnaast heb ik een aantal zeer zwaar visueel beperkte roeiers gecoacht.”

“Als ik de Henley nog een keer win is de cirkel rond”

Ik vraag me hardop af of iemand die al zoveel heeft gedaan en bereikt nog wel ergens van droomt, ambities heeft. “Ik droom nog wel hoor, zeker, de vraag is of het allemaal realistische dromen zijn.” Er is een verschil tussen de droom hebben nog lang door te kunnen roeien en het naar je zin te hebben en dromen van roeien voor de prijzen. De laatste droom verwezenlijken lijkt de nuchtere Henk wat lastiger. “In het buitenland is het niveau onder de veteranen een stuk hoger. Daar roeit het merendeel dagelijks, dat is andere koek dan hier.” Wil hij de Henley nog een keer starten? “Ik zou heel graag het veteranen G-veld starten in Henley. Als afsluiter.” En dan gaat hij natuurlijk voor de winst, of…? “Haha, ik stel mezelf als doel bij de eerste vijf te eindigen, dat heb ik altijd gedaan.”

[et_pb_shop type=”featured” posts_number=”3″ columns_number=”3″ orderby=”menu_order” _builder_version=”3.0.105″][/et_pb_shop]